Monday, February 22, 2010
Zon zee en strand
In 2007 na onze fiets toer door zuid oost Azië reageerde ik op deze blog teleurgesteld omdat de witte stranden uit de vakantie folders waar ik zo naar uit gekeken had, eerder bruinig waren. Wel, we hebben ze gevonden, die immense witte stranden met zand dat nog fijner lijkt dan het noordzee strand. Na onze online sessie in de lokale bibliotheek gisteren trokken we naar de 'Bay of fires'. Tientallen kilometers witte stranden met clusters rood getinten rotsblokken. En nu weet ik waar de kleur appelblauwzeegroen vandaan komt want dit is de kleur van de zee hier. En al dat moois heb je praktisch voor jezelf, af en toe kom je een verdwaalde toerist tegen, meer niet. We hebben enkele uren op 't strand gezeten. Bart heeft met ons picknic deken uit de Decathlon een geïmproviseerd strandhutje gebouwd zodat Kai in de schaduw kon zitten en voor de rest kun je hier uren naar het spel van de golven zitten kijken.
Nadien zijn we het binnenland ingetrokken. Eindbestemming was origineel Launceston, Tasmaniës 2de grootste stad (70000 inwoners), maar veel zin in stadsbezoeken hadden we niet. Na een korte wandeling door de stads grootste recreatiedomein, een grote kloof met een rivierloop met vijvers, rotsen, een openbaar zwembad en warempel een stoeltjeslift van 200 meter besloten we om toch verder te trekken. Op die manier hebben we een dag gewonnen om wat meer van de national parks te bezoeken. Het is al tegen 22h wanneer we een staanplaats voor campervans vinden en bij het parkeren vergeet Bart even dat ons vehikel 3,5 meter hoog is. Resultaat: een schone schaafplek plus barst in het dak. Nu betalen we hier wel elke dag een schoon bedrag aan verzekering om alle risico af te kopen en dat dekt zowat alles behalve schade aan de onderkant en jawel aan het dak. Wij vrezen alweer voor onze portemonnee.
Vandaag is onze eerste bestemming Mole Creek National Park waar we zo dadelijk een grottenstelsel gaan bezoeken. Straks rijden we ook nog door naar Craddle valley National Park, 1 van de bekendste en mooiste national parks hier.
UPDATE:
Intussen zijn we aan Craddle NP toegekomen. We hebben nog net een plaatsje op de campsite kunnen bemachtigen, niet goedkoop, en niet simpel met zo'n gevaarte als dat van ons. We konden daarnet even op het internet, maar niet met onze eigen computer en we mochten ook geen USB stick op de gemeenschappelijke computer gebruiken. Bovendien hadden we een erg trage verbinding dus hebben we niet geblogd, enkel wat emails en commentaar gelezen.
We blijven ons een beetje verbazen over Australië (allé het stuk dat we al gezien hebben). Alle bezienswaardigheden zijn per auto te bereiken of met shuttlebus (zelfs al moet je maar 10 min wandelen) en de wandelingen ter plaatse zijn vaak maar 15 minuutjes (bijv naar een uitzichtspunt). De paden zijn ook vaak mooi geprepareerd met leuningen en houten loop planken. Daar kan ik nog wel inomen omdat ze hier heel veel last hebben op bepaalde plaatsen van een 'root rot' (wortel rot) plaag en de plaag wordt overgebracht door geïnfecteerd organisch materiaal die aan je schoenen, banden of kledij blijft hangen.
Maar zo krijgen we wel een beetje 'toerbus' gevoel: je rijdt van 't ene naar 't andere, bezoekt iets, doet een wandelingetje en hup auto weer in. Langs de andere kant vind je hier wel overal informatie centra en elke parking, stop plaats, picnic plaats of uitzichtspunt is hier wel uitgerust met propere toiletten, soms een douche en vooral een gas of electrische BBQ. Ook onze camping nu is uitgerust met tientallen BBQs binnen en buiten. Heel simpel: een metalen plaat wordt het door gasvlam of door elektriek, je doet wat vetstof op, braadt je groenten, vis en vlees, kuist de boel op met wat papier en klaar voor de volgende...erg leuk.
Ook grappig is dat je overal kangeroe achtige beesten ziet. Ze hebben ze hier in alle maten en opeens kan er zo'n beest naast je zitten en je wat dom zitten aan staren. En wie kijkt dan naar wie?
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment